door Rosa Pavanelli (*)
26 mei 2021
Opinie verschenen in EUobserver van 24 mei 2021
Nederlandse vertaling door Ander Europa
Met dank aan de auteur en aan EUobserver voor toelating tot publicatie
Eerder deze maand kwamen de EU-leiders in Portugal bijeen om hun engagement voor de sociale rechten nieuw leven in te blazen en het belang te bevestigen van “Europese eenheid en solidariteit in de strijd tegen de COVID-19-pandemie”.
Het aanhoudende verzet van de EU tegen de opschorting van octrooien op Covid-19-vaccins getuigt echter van een verbijsterend gebrek aan solidariteit, en doet dergelijke verklaringen op weinig meer dan gebakken lucht lijken.
Veel campagnevoerders zien de EU nu als de grootste lobbyist van Big Pharma bij de G20.
Als het de Europese leiders ernst is met “het waarborgen dat niemand achterblijft”, dan is het tijd om samen met de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), vakbonden van gezondheidswerkers, de regering Biden en de meerderheid van de regeringen in de wereld aan te dringen op een vrijstelling van Covid-octrooien bij de WTO, zodat we de productie van vaccins en voorraden kunnen opvoeren, gelijke toegang kunnen garanderen en eindelijk een einde kunnen maken aan de lockdowns.
De ervaring van Europa tijdens de laatste financiële wereldcrisis laat zien welke gevaren er ontstaan wanneer zakelijke belangen voorrang krijgen op sociale rechten.
Sinds 2008 heeft de EU door de bevordering van reddingsoperaties voor banken en strenge bezuinigingsmaatregelen onze openbare diensten op het hele continent gedecimeerd. In Italië werd tussen 2010 en 2019 37 miljard euro bezuinigd op de nationale gezondheidszorg, deels om te voldoen aan de EU-uitgavenregels.
In Griekenland bleek uit een Lancet-studie dat bezuinigingsprogramma’s de belangrijkste oorzaak waren van het gestegen sterftecijfer. Toen hij de schade bekeek, merkte een auteur bij Forbes op dat “iedereen zou denken dat dit een oorlogsgebied is en geen geavanceerd land”.
Niet alleen hebben deze maatregelen veel staten slecht voorbereid op de Covid-19 pandemie achtergelaten; ze hebben ook bijgedragen aan de snelle opkomst van eurosceptische partijen, die hun stemrecht in de afgelopen twee decennia hebben verdubbeld. Voorrang geven aan sociale rechten is niet zo maar een oefening in ‘rebranding’, een nieuw logo kiezen of zo, maar het gaat erom de toekomst van het hele EU-project veilig te stellen.
We weten allemaal dat het Covid-herstel geen terugkeer naar de normale situatie kan zijn. Als de EU-leiders echt een eerlijker Europa willen, kunnen ze niet langer vasthouden aan de achterhaalde en mislukte ideeën die het herstel na de laatste crisis in de weg hebben gestaan.
De regering-Biden heeft dit al begrepen en streeft naar gedurfde en essentiële beleidswijzigingen. Daartoe behoren een hervormd belastingstelsel, waarbij profiteurs van pandemieën moeten bijdragen in de kosten van herstel, en nieuwe regels die bedrijven verplichten publiekelijk bekend te maken waar zij al dan niet hun belastingen betalen.
Maar toen soortgelijke maatregelen op EU-niveau werden besproken, bleek uit een lek dat het officiële standpunt van Frankrijk was ontwikkeld door een van de grootste lobbygroepen van het Europese bedrijfsleven.
Dergelijke onthullingen leiden tot cynisme, ondermijnen het vertrouwen van het publiek en versterken de anti-Brussel-sentimenten.
Als de EU en haar lidstaten zouden ophouden toe te geven aan de belangen van het bedrijfsleven en in plaats daarvan samen met de VS blijk zouden geven van progressief leiderschap op wereldvlak, bestaat er een unieke kans om van de wereld een betere, rechtvaardigere en socialere plaats te maken. Om een einde te maken aan offshore belastingontduiking die ons elke seconde het equivalent van een verpleegsterssalaris kost. Om de verwerpelijke schulden van het Zuiden kwijt te schelden die de dringend noodzakelijke tewerkstelling in de gezondheidszorg ondermijnen. En om de ontwikkelingsagenda zo aan te passen dat kwaliteitsvolle openbare diensten – de sleutel tot het bereiken van mensenrechten – eindelijk op de eerste plaats komen.
Mijn vakbond – Public Services International – vertegenwoordigt miljoenen werknemers over de hele wereld die alles op alles hebben gezet om levens te redden en alles in het werk hebben gesteld om ons te laten vaccineren.
Waar Indiase verpleegsters om vragen
Deze week nog vertelde Jibin Theerthakkuzhi Chalil van de United Nurses Association of India ons “dat we voor een humanitaire ramp staan en dat we alle middelen moeten gebruiken die we hebben om de pandemie in India en overal elders snel in te dammen. Het komt neer op een eenvoudige keuze: delen of niet delen.” Werknemers zoals Chalil zijn woedend dat de EU hun beste inspanningen ondermijnt en de crisis verergert door de winsten van de grote farmaceutische bedrijven voorop te blijven stellen. Is dit hoe solidariteit eruit ziet?
Meer dan 400 leden van het Europees Parlement of van nationale parlementen in Europa hebben de EU opgeroepen om eindelijk de vraag naar de opheffing van de patenten te steunen. Het EU-parlement heeft al gestemd voor het opschorten van octrooien en het delen van levensreddende technologie. En veel EU-leiders – waaronder Emmanuel Macron en Pablo Sanchez – hebben gezegd dat ze open staan voor dergelijke voorstellen.
Maar de EU Commissie, samen met Duitsland en een handjevol andere landen, houden de hele wereld tegen door hun diehard vasthouden aan Big Pharma monopolies. In een pleidooi voor verandering dat vorige week door Duitse groepen uit de burgermaatschappij werd gepubliceerd, staat: “Terwijl wij een biertje gaan drinken op een terras, kijken wij toe hoe overal ter wereld massagraven worden gegraven. Wat is er aan de hand?” Door de belangen van het bedrijfsleven voorrang te geven op het algemeen belang, brengt de EU haar reputatie blijvende schade toe, zowel op lokaal als op mondiaal niveau. Het is tijd dat solidariteit meer wordt dan een modewoord.
En dat begint met het steunen van de opheffing van de Covid-octrooien.
(*) Rosa Pavanelli is algemeen secretaris van Public Services International, de wereldvakbondsfederatie die miljoenen werknemers vertegenwoordigt in de openbare diensten, waaronder de gezondheidszorg, in Europa en de rest van de wereld. De desbetreffende centrales van het Belgische ABVV en ACV zijn lid, de Nederlandse FNV, CFDT/CGT in Frankrijk, Verdi in Duitsland, CGIL in Italië, enz.
Laat een reactie achter