21 oktober 2019 – De grootste Amerikaanse vakbondskoepel AFL-CIO 1 publiceerde een interessante studie over het gedrag van Europese multinationals die zich in de zuidelijke staten van de VS vestigen. The Double Standard at Work: European Corporate Investment and Workers’ Rights in the American South lijkt wel bedoeld om ook Europese werknemers een algemene achtergrond te geven over de verhoudingen in die zuidelijke staten – de voormalige slavenstaten van Texas tot Virginia over Louisiana, Tennessee, Mississippi, de Carolinas tot Florida, – want er wordt eerst op zeer bevattelijke wijze een kader geschetst over levensomstandigheden, armoede, vakbondsaanwezigheid, sexisme, minimumlonen (if any), arbeidswetgeving enzovoorts. Wil je weten wat ‘gerrymandering’ betekent, wie of wat men bedoelt met ‘Jim Crow’, het wordt in de inleidende bladzijden uitgelegd. Gefundenes Fressen eigenlijk voor een vakbondsvorming die iets verder kijkt dan de eigen ‘welvaartstaat’. Je kunt de studie downloaden (108 blz, pdf; klik op de afbeelding hiernaast). Ze werd in hoofdzaak geschreven door Lance Compa, Senior Lecturer, School of Industrial & Labor Relations (ILR), Cornell University, Ithaca, New York, die we moeten gelukwensen voor zijn uiterst leesbare tekst. Er was ook enige inbreng van het Europees Vakverbond (EVV) en van het Europees Vakbondsinstituut (ETUI).
Wat het probleem van vakbondsactie is in de States, en a fortiori in de zuidelijke staten, kan niet beter geïllustreerd worden dan met enkele citaten uit de brochure:
“Mississippi heeft een van de laagste vakbondspercentages van het land. Ik denk dat het statuut van ‘recht om te werken-staat’ een van de concurrentievoordelen is van Mississippi en ik ben van plan dat zo te houden.” [Gouverneur Phil Bryant van Mississippi; de bewering is niet eens waar, want met 7% vakbondstegenwoordigheid ligt Mississippi boven het gemiddelde van de zuidelijke staten (6%)]
“We ontmoedigen bedrijven met vakbondsaanwezigheid om naar South Carolina te komen, want we willen het water zuiver houden. Ze proberen het wel, maar het goede nieuws is dat het niet pakt. Je hebt me al vaak horen zeggen dat ik hoge hakken draag. Het is geen kwestie van een modeverschijnsel; het is omdat we dagelijks naar de vakbonden trappen, en dat zullen we blijven doen.” [Nikki Haley, voormalige gouverneur van South Carolina, Amerikaans ambassadrice bij de Verenigde Naties in 2017-2018]
‘Recht om te werken-staat’ , right to work state, is blijkbaar een ingebakken term om het actieve optreden van de overheid tegen vakbondsaanwezigheid in de bedrijven aan te duiden. Ook de voormalige goeverneur van Alabama, Robert Bentley, prees zijn staat bij investeerders aan als right to work state.
En het moet gezegd, die gouverneurs – over het algemeen diepgelovige christenen van het een of andere soort – prediken niet in de woestijn. De investeerders komen, ook uit Europa, een continent met syndicaal besmette wateren, maar waarvan de grote bedrijven hier in zuiver water kunnen vissen naar winst. De AFL-CIO brochure bevat een reeks case studies over grote Europese multinationals en hun optreden in de ex-slavenstaten: Airbus, Fresenius, Ikea, Nestlé, Volkswagen, Thyssenkrupp, …
Laat ons het voorbeeld van IKEA nemen, een bedrijf dat zelfs hier vaak ‘sympathiek en typisch Zweeds ‘ overkomt. De studie zegt over het optreden van het Zweeds bedrijf in de ex(?)-slavenstaten:
“Wanneer werknemers van de IKEA-vestiging in Florida zich begin 2016 tot de UFCW [United Food and Commercial Workers] wendden voor hulp, reageerde het IKEA-management met een agressieve schrikaanjagende anti-vakbondskampanje die het op de rechten van vakbondsorganisaties gemunt had. Het ging onder andere over:
- valse beschuldigingen dat de vakbondsvertegenwoordigers zich opwierpen als de vertegenwoordigers van alle IKEA-werknemers;
- aantijgingen als zouden vakbondsvertegenwoordigers inbreuken plegen op de privacy door contact met werknemers op te nemen;
- bespieding van de vakbondsactiviteiten;
- de bedreiging dat het management een heksenjacht zou beginnen tegen vakbondsgezinden;
- het aanbrengen van anti-vakbondspropaganda op aankondigingsborden overal in het bedrijf;
- verspreiding van valse kleinerende geruchten over vakbondsgezinden;
- ’team meetings’ misbruiken als fora voor anti-vakbondspropaganda, met impliciete bedreigingen dat vakbondsinitiatieven negatieve gevolgen zouden hebben.”
Wat de ‘dubbele standaard’ in de titel van de brochure betekent wordt glashelder uitgelegd in het geval van IKEA:
“Het anti-vakbondsgedrag van IKEA in de vestiging in Florida is uiting van een choquerende hypocrisie. Het bedrijf trekt zich niets aan van de principes over ‘sociale verantwoordelijkheid’ die het claimt, wat instemming zou moeten betekenen met de normen van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) en die van andere organisaties.
IKEA heeft het graag over haar IWAY gedragscode [‘IKEA Way of conduct] die minimumnormen oplegt in verband met milieu, samenleving en arbeidsvoorwaarden.
“De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens is een gemeenschappelijke basis voor iedereen. Bij IKEA zit dit steeds in het achterhoofd, en we zullen het respect voor deze rechten handhaven en promoten in alles wat we ondernemen.” 2
Droog antwoord van de AFL-CIO studie:
“De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens stelt dat iedereen het recht heeft op vreedzame wijze bijeen te komen en zich te verenigen, en dat iedereen het recht heeft vakbonden op te richten en erbij aan te sluiten om aldus zijn belangen te verdedigen. IKEA moet haar belofte nakomen door op te houden met de rabiate anti-vakbondskampanjes in Florida en elders.”
Misschien zegt u dat we dit allemaal al wisten, of het toch konden vermoeden. Toch is het blikverruimend om eens ‘onze’ multinationals bekeken te zien vanuit een Amerikaans werknemersstandpunt; we beperken ons doorgaans tot onze blik op Amerikaanse of Japanse bedrijven die in Europa neerstrijken, en vergeten te vlug dat het kapitalisme een planetair systeem is. De AFL-CIO brochure is prima tegengif voor de EU-propaganda over ‘ons sociaal systeem’ dat een ‘baken voor de hele wereld’ moet worden. Het zou geen slecht idee zijn als vakbonden alhier de Amerikaanse studie vertaalden en onder de aandacht van hun leden brachten.
In het voorwoord door voorzitter Richard Trumka van AFL-CIO en secretaris-generaal Luca Visentini van het Europees Vakverbond (EVV/ETUC) bevestigen de twee dat ze er alles aan zullen doen om ‘sterke efficiënte vakbonden uit te bouwen aan beide zijden van de Atlantische Oceaan’, maar ze hadden er minstens mogen aan toevoegen dat werkerssolidariteit internationalistisch is, en dat vakbonden de arbeidersbelangen overal horen te verdedigen, in welke continenten dan ook. (hm)
Voetnoten
- AFL-CIO: American Federation of Labor-Congress of Industrial Organizations, telt 12,5 miljoen leden uit 56 aangesloten bonden.
- Zie IKEA “IWAY Standard” op https://www.ikea.com/ms/en_SG/pdf/IWAY_Standard_Ed_5-2.pdf.
Laat een reactie achter