20 juli 2012 – Na de recente Europese top werd het nog voorgesteld als een nederlaag voor de Duitse bondskanselier Angela Merkel: 100 miljard euro uit de Europese noodfondsen zou worden vrijgemaakt voor de noodlijdende Spaanse banken, zonder dit geld te voegen bij de Spaanse overheidsschuld en zonder de Spaanse regering te onderwerpen aan hetzelfde soort voorwaarden als haar Griekse of Portugese collega’s. De Spaanse regering zou zich enkel moeten verbinden binnen een bepaalde tijd te voldoen aan de Europese begrotingsnormen.
Rechtsreekse hulp uit de Europese noodfondsen aan noodlijdende banken in de lidstaten – dus zonder deze hulp te laten lopen via de nationale overheden – werd op de Europese top wel gekoppeld aan het invoeren van een strikter Europees toezicht op de banken in de eurozone, onder leiding van de Europese Centrale Bank. Maar het is sneller gezegd dan gedaan om de Europese Centrale Bank daadwerkelijke macht te geven over bijvoorbeeld de Franse banken! De invoering van dit nieuwe toezicht zal daarom nog wel even duren, en zolang kon Spanje niet wachten! Dus kregen de Spaanse banken nu al 100 miljard toegezegd als ‘voorschot’ op de nieuwe regeling. Merkel plooide omdat de Spaanse banksector op het punt stond te kapseizen.
Aan het Duitse parlement dat moest instemmen met het Duitse aandeel in deze 100 miljard werd gisteren donderdag 19 juli echter een ander verhaal verteld: de Spaanse regering is in laatste instantie wel degelijk verantwoordelijk voor de terugbetaling aan Europa van de noodleningen aan de Spaanse banken.
Op een Europese vergadering enkele dagen geleden had de Duitse minister van Financiën Wolfgang Schäuble een spitsvondige uitleg: de Spaanse regering was in laatste instantie wel verantwoordelijk voor de terugbetaling, maar de aan de Spaanse banken geleende bedragen worden niet gevoegd bij de Spaanse overheidsschuld. Hier wringt inderdaad het schoentje: als de Spaanse overheidsschuld verhoogt, verlaagt haar kredietwaardigheid, moet ze hogere rente betalen op nieuwe leningen, en daalt de waarde van uitstaande Spaanse overheidsobligaties. De Spaanse banken hebben echter veel Spaanse overheidsobligaties in portefeuille (en steeds meer, omdat de grote internationale banken niet echt geïnteresseerd meer zijn in Spaanse overheidspapier). Dus dan verslechtert alweer de balans van de Spaanse banken. Door Europese hulp rechtstreeks aan de banken in de lidstaten mogelijk te maken moest de dodelijke omhelzing van overheid en banksector in de lidstaten doorbroken worden: de penibele overheidsfinanciën wegen op de waarde van de overheidsobligaties die de banken in portefeuille hebben, en de penibele situatie van de banken weegt op de kredietwaardigheid van de overheid.
Maar het Duitse parlement eist dus dat de Spaanse overheid verantwoordelijk blijft voor de geleende bedragen, en de spitsvondige uitleg van Schäuble hierover maakt op de financiële markten weinig indruk.
Nu blijkt bovendien dat de Spaanse regering in ruil voor de hulp aan de Spaanse banken zich wel degelijk moet verbinden tot allerlei voorwaarden die veel verder gaan dan kontrole op de overheidsbegroting. Zo zou Europa ook het belastingbeleid en de hervormingen van de arbeidsmarkt monitoren, volgens een ontwerp van akkoord waar de Europese minister van financiën vandaag over beraadslagen (per telefoon).
Dus na de Europese top waar de Spaanse regering een ‘overwinning’ behaalde is er nog veel geschaafd aan de teksten met als eindresultaat een gans ander verhaal. Opmerkelijk is dat deze voor Spanje ingrijpende beslissingen niet alleen achter de schermen worden genomen, maar meer in Berlijn en Brussel dan in Madrid. En dan maar lessen in democratie geven aan Roemenië!
Geen wonder dat de Spaanse regering haar krediet in Spanje enkele maanden na de verkiezingen is kwijtgespeeld, en dat de Spanjaarden massaal in verzet komen (fs).