Door Manuel Gari (*), 28 juni 2016
Verschenen in Viento Sur,
Franse vertaling in A l’Encontre
Nederlandse vertaling door Ander Europa
Er komt een einde aan de reeks verkiezingen ingezet met de geboorte van 15M (15 mei 2011, de beweging van de indignados) waarin de opkomst mogelijk werd van een nieuwe massale politieke kracht die zich verzet tegen het neoliberalisme. Blijven alleen nog over de verkiezingen voor het Baskisch en het Galicische Parlement. Achter ons liggen de Europese verkiezingen (mei 2014), de verkiezingen voor het grootste deel van de autonome gemeenschappen (maart, mei en september 2015), de gemeenteraadsverkiezingen (mei 2015) en de twee verkiezingen voor Parlement en Senaat op 20 december 2015 die uitliepen op een machtsevenwicht waardoor er geen regering kon gevormd worden. Datzelfde gebeurde bij de verkiezingen van 26 juni 2016, die we hier verder becommentariƫren. De deelname daalde van 73,20% in december naar 69,84% in juni.
Vooreerst moeten we aanstippen dat de Partido Popular (PP
Een eerste bedenking: niettegenstaande de vele corruptieschandalen en het soberheidsbeleid is er in de Spaanse samenleving nog steeds een sterke rechtse sector die de PP trouw blijft. Is dit een draai naar rechts? Ik denk het niet, het is eerder de herbevestiging van het feit dat een deel van de maatschappij haar onzekerheid en angst op een conservatieve manier vertaalt, en nog steeds weinig getuigt van een democratische geest; de basis van de PP stamt inderdaad uit het franquisme. Dit fenomeen werd bevorderd door het feit dat we er niet in geslaagd zijn om een breuk met het regime van 1978 op gang te brengen
De meest bewuste sociale lagen richtten al hun enthousiasme (en illusies) op verkiezingen. Die zijn natuurlijk belangrijk, maar ze zijn op zichzelf niet in staat om de situatie te deblokkeren. Het is helaas wel mogelijk dat er een nieuwe PP-regering gevormd wordt onder de min of meer openlijke vorm van een “grote coalitie” op zijn Spaans.
De Spaanse socialistische Partij (PSOE) bekwam 22,83% van de uitgebrachte stemmen (100.000 minder dan in december 2015) en 85 verkozenen (vijf minder). De PSOE haalde haar belangrijkste streefdoel in deze kiescampagne: niet voorbijgestoken worden door Unidos Podemos
Laat het ons nu hebben over UP, Unidos Podemos. Laten we vooreerst stellen dat alle voorspellingen het bij het verkeerde eind hadden: ze zagen alle UP op de tweede plaats eindigen, na de PP en voor PSOE. Maar dat deed zich alleen voor in Baskenland en Cataloniƫ.
De coalitie tussen Izquierda Unida en Podemos heeft niet de verwachte resultaten opgeleverd. Deze coalitie was en blijft een strategische noodzaak voor wat betreft de opbouw van de volkse eenheid, maar bij deze eerste kiescampagne beschikt ze over dezelfde 71 zetels die de twee formaties opgeteld bekwamen in december. Wat aantal stemmen betreft was er een evolutie van 24,3% en 6,1 miljoen stemmen als men de resultaten van december optelt, naar 21,6% en 5 miljoen stemmen nu in juni. Waarschijnlijk leed Unidos Podemos Ć©Ć©n van de meesten onder de lagere opkomst.
Het resultaat is prima als we er rekening mee houden dat het de eerste maal is in de geschiedenis van het land, sinds 1977, dat een kracht die zich verzet tegen het neoliberalisme meer dan een vijfde van de stemmen behaalt, en de meerderheid krijgt onder de kiezers die jonger zijn dan 30 jaar. Het resultaat is evenwel ontgoochelend in het licht van de foute voorspelling van een ‘voorbijsteken’ van de PSOE en de hoop om de PP van de macht te houden. Maar in plaats van een streefdoel werd dit voor velen een haast zekere pronostiek.
Er moet nu dringend gediscussieerd worden binnen Podemos, Izquierda Unida en natuurlijk binnen Anticapitalistas. Ik suggereer hier maar enkele punten van deze discussie.
- Zonder belangrijke inbreng van een volkse mobilisatie zijn electorale overwinningen van voorbijgaande aard.
- Vooruitgang is niet rechtlijnig, de krachtsverhoudingen tussen de sociale klassen nopen er toe om laverend vooruit te gaan.
- Het discours van Podemos dat erop gericht was ā onder het motto van politieke en sociale verandering ā termen als ‘vaderland’ in te pikken of zich te beroepen op de sociaal-democratie, is er niet in geslaagd het bewustzijn onder de bevolking te laten evolueren van het huidig steeds meer gelaten onbehagen naar een drang naar verandering.
- Een abstract appĆ©l doen aan ‘links’ tegenover rechts, en daarbij een plaats toebedeeld houden aan de PSOE alsof er een kracht tot verandering zou kunnen van uitgaan, heeft ook geen positief resultaat opgeleverd voor wat betreft de constructie van een nieuwe volkse macht die vertrekt van het reĆ«le bewustzijns- en organisatieniveau van de massa na jaren waarin links ofwel alleen maar principes verkondigde, of, erger nog, zich tot de PSOE richtte.
- Het is aangewezen het convergentieproces in Unidos Podemos te verdiepen. Het is noodzakelijk om het debat te voeren binnen Izquierda Unida en Podemos over een programma voor sociale en politieke verandering, en over nieuwe vormen van politieke massaorganisatie die in staat zijn enthousiasme en hoop te creƫren bij de activisten. Na de aankondiging van de resultaten bleven deze bijeen op de pleinen onder het roepen van Si se puede.
Daar en nergens anders bevindt zich het politiek kapitaal van Unidos Podemos, een kapitaal dat heel wat belangrijker is dan de woordspelletjes en het nietszeggend discours van universitaire elites die zich opwerpen als bouwers van een ‘volk’.Allusie op de opvattingen van Ernesto Laclau en anderen, zeer aanwezig binnen de leidende kern van Podemos. - De gehele leiding van Unidos Podemos, in het bijzonder de twee belangrijkste leiders Alberto GarzĆ³n et Pablo Iglesias , hebben een enorme verantwoordelijkheid: een nieuwe Vista Alegre opzettenKopstukken van respectievelijk Izquierda Unida en Podemos.maar deze keer voor een nieuwe eenheidsformatie met blik op de toekomst.Stichtingscongres van Podemos in oktober 2014.
(*) Manuel GariĀ is econoom, redacteur van Viento Sur, lid van Anticapitalistas, Ā actief binnen Podemos .