Oxfam International publiceert vandaag een studie over belastingsontwijking in de banksector. Uit Opening the vaults – the use of tax havens by Europe’s biggest banks blijkt dat de 20 grootste Europese banken in 2015 een kwart van hun winst, een kwart van 100 miljard, boekten in belastingsparadijzen . Het gaat o.a. over BNP Paribas, Deutsche Bank, Rabobank en ING. Het Groothertogdom Luxemburg, thuisbasis van Europees commissievoorzitter Juncker, blijkt nog steeds, samen met Ierland, een geliefkoosde bestemming te zijn voor de bankwinsten, maar ook het Belgisch systeem van de ‘notionele intrestaftrek’ oefent zijn charmes uit.
Het gaat hier maar om één sector, die van de banken, en slechts de grootste werden geanalyseerd. Men kan gaan denken wat het belastingsgesjacher van multinationals in het algemeen betekent… De Oxfamstudie vermeldt een bedrag van 100 miljard dollar dat ontwikkelingslanden jaarlijks aan hun neus zien voorbijgaan door de legale belastingspraktijken van grote bedrijven, “een bedrag dat volstaat om 124 miljoen kinderen die nu geen onderwijs genieten een school te bezorgen, en levensreddende geneeskundige zorgen te verstrekken aan 6 miljoen andere”.
Misschien had Oxfam de studie beter voorgesteld verleden zaterdag in Rome bij het feestje van de Europese leiders. Men had ze de vraag kunnen stellen waarom een ngo, en niet de diensten van de Commissie (DG Ecfin met zijn honderden economen) dergelijke relevante studies uitbrengen. (hm)