2 juli 2020 – Dank zij de oliewinning heeft Noorwegen een aardig spaarpotje. Daarvan wil het nu 2,6 miljard dollar investeren in een project voor ondergrondse opslag van CO2. De CO2 wordt uitgestoten door een cementfabriek en een energiecentrale die draait op afval. De CO2 zou worden opgevangen, getransporteerd met een schip, en enkele honderden kilometers verder worden opgeslagen onder de zeebodem.
Per opgeslagen ton CO2 kost dit project 140 dollar, dat is vijf keer zoveel als een ton waard is op de Europese emissiehandel. Maar het is nog steeds een stuk minder dan de 1350 dollar die Noorwegen per uitgespaarde ton uitgeeft aan subsidies voor elektrische auto’s. Noorwegen wil tegen 2030 al CO2-neutraal zijn. Neutraal is dan een netto-begrip. Het betekent niet per definitie dat geen CO2 meer wordt uitgestoten, maar kan ook betekenen dat uitgestoten CO2 wordt gecompenseerd door CO2 uit de lucht te halen (bijvoorbeeld door het planten van bomen), of dat CO2 wordt opgevangen en ondergronds opgeslagen.
Met zijn investering hoopt Noorwegen koploper te worden in de technologie van ondergrondse opslag. Het is dan wel geen lid van de EU, maar wel van de EER (Europese Economische Ruimte). Het project wordt voor 80 procent gefinancierd door de overheid, maar ook private spelers doen mee, waaronder uiteraard Shell. Zo wordt geleidelijk de Europese groene taart verdeeld: Noorwegen ondergrondse opslag, Nederland waterstof,… (fs)