15 juli 2021
In een open brief, vandaag verschenen in De Morgen en Le Soir, doen een reeks Belgische en internationale personaliteiten een oproep aan de Belgische overheid om hun verantwoordelijkheid te nemen tegenover de meer dan 400 mensen die sinds 23 mei in hongerstaking zijn op drie Brusselse locaties. De hongerstakers, waarvan sommigen al in een kritieke fase, zijn mensen zonder papieren die al jaren in België verblijven, in de clandestiniteit moesten werken, en eindelijk een menselijk bestaan willen leiden. Maar bij de overheid kregen ze tot nog toe geen gehoor, en daarom grepen ze naar het ultieme middel van de hongerstaking.
Hieronder de open brief.
Sterven voor papieren?
Farida is 51 jaar en in België geboren. Heel haar familie heeft de Belgische nationaliteit, behalve zij. Farida had werk. Zij poetste burelen en openbare gebouwen voor 6 tot 8 euro per uur. Haar laatste aanvraag tot regularisatie werd niet aanvaard en vanaf dan hangt er een bevel om het land te verlaten boven haar hoofd.
Kiran is 16 jaar geleden de burgeroorlog in Nepal ontvlucht om in België asiel aan te vragen. Tijdens zijn asielprocedure had hij een arbeidscontract. Hij werd toen 10 euro per uur betaald. Nadat zijn asiel-aanvraag verworpen werd ontving hij nog maar 2,5 euro per uur. Kiran’s dochter is geboren in België. Ze is nu 5 jaar, gaat naar school en spreekt Nederlands. Haar familie heeft al vijf keer een aanvraag tot regularisatie ingediend, deze werd telkens verworpen.
Mohamed leeft al 17 jaar in België. Heel zorgvuldig houdt hij een foto bij van de inhuldiging van één van de werven waarop hij werkte. “Ik werkte vaak op werven van openbare gebouwen (…) We bouwden tunnels voor de metro om de toegang tot 4 metrolijnen te verbeteren. Het was heel zwaar werk. Wat in mijn geheugen staat gegrift is het gebrek aan lucht. Mohamed werkte voor een onderaannemer. ‘Die had geen verzekering voor ons, niets. Als wij geluk hadden betaalde hij ons 3 euro per uur’.
Farid, Kiran en Mohamed maken deel uit van de 475 sans-papiers die zich verenigden en drie Brusselse plaatsen bezetten (twee universiteiten en een kerk), en die al meer dan 50 dagen in hongerstaking zijn. Nadat alle klassieke politieke acties (interpellaties, manifestaties, enz.) uitgeput waren en zij tot het uiterste gedreven waren door een periode van extreme onzekerheid door de pandemie, hebben deze mannen en vrouwen gekozen voor een laatste reddingsmiddel: het lijfelijk tonen van het geweld waarvan zij dagelijks het slachtoffer zijn.
Herleid tot lichamen van hun economische uitbuiting kozen zij ervoor om van hun lijf en leden de laatste strijdplaats te maken voor een wettelijk statuut. Volgens de artsen die hen verzorgen is deze hongerstaking al sinds twee weken in een kritieke fase beland. Hun lichamen hebben alle suikers en vetten verbrand en nu gebruiken zij de eigen organen inclusief het hart. Het doodsgevaar is reëel.
De eisen van de sans-papiers die actie voeren zijn eenvoudig: in eerste instantie een regularisatie van de hongerstakers, en in tweede instantie het op de agenda plaatsen van een wet met duidelijke en definitieve criteria voor regularisatie, en dit onder toezicht van een onafhankelijke commissie.
De staatssecretaris voor asiel en migratie, de christendemocraat Sammy Mahdi weigert op die basis elke onderhandeling. Hij verantwoordt dit streng politiek standpunt met een bot tegenargument. De sans-papiers ontvingen een bevel om het grondgebied te verlaten, en hebben hier geen gevolg aan gegeven. Zij alleen zijn dus verantwoordelijk voor hun situatie.
Volstaat dit juridisch formalisme om elk wettelijk statuut voor de sans-papiers onmogelijk te maken? Het staat vooral toe om stilzwijgend voorbij te gaan aan het feit dat België (en bij uitbreiding de Europese Unie) de illegaliteit van deze migranten produceert. In België leven en werken 150.000 mensen zonder papieren. Volgens een studie van Pew Research Center leven er in Europa tussen de 3,9 en 4,8 miljoen mensen in deze situatie. Deze massale illegaliteit word gecreëerd door een batterij aan weloverwogen beleidsmaatregelen. Europese landen hebben de laatste 20 jaar op een drastische en collectieve manier legale migratiekanalen toegeknepen. Zij hebben grenscontroles uitbesteed aan staten die weinig begaan zijn met het welzijn van de migranten zoals Turkije en Libië. Zo hebben zij een gesegmenteerde arbeidsmarkt gecreëerd, opgedeeld in werknemers met en zonder papieren. Zo moedigen zij sociale dumping aan in economische sectoren die moeilijk te delokaliseren zijn (bouw, horeca en zorg), alsook uitbuiting van geprecariseerde arbeidskrachten.
Dit juridisch formalisme miskent ook de singulariteit van de recente geschiedenis van het Belgische migratiebeleid. Op gezette tijden herontdekt België de aanwezigheid van een belangrijk aantal mensen zonder wettig verblijf op zijn territorium en wordt het er zich bewust dat deze situatie onhoudbaar is op lange termijn. België start dan met tijdelijke regularisatie-campagnes (1999-2000 en 2009-2010) telkens zwerend dat het de laatste is. Frankrijk en Spanje besloten al lang dat deze grillige campagnes contraproductief zijn. Zij kozen voor duidelijke en permanente criteria (verblijfsduur, vaste job, duurzame banden) die toelaten om op individuele basis, personen die aan deze criteria beantwoorden, definitief te regulariseren.
De Belgische regering – net zoals een aantal andere Europese regeringen – maakt een zware politieke fout. Ze is verlamd door de opkomst van extreem-rechts. Zij probeert er zich van te distantiëren zich door zich te beroepen op een ‘streng maar humaan’ migratiebeleid. Dit wil zeggen dat zij een verwaterde versie van het migratieprogramma van extreem-rechtse partijen toepassen en dit terwijl zij een retoriek gebruiken die mensenrechten en internationaal recht hoog in het vaandel dragen. Deze benadering is een dubbele mislukking. Het geeft de nationalisten volledig gelijk terwijl het de universele waarden met de voeten treedt. Om extreem-rechts te bestrijden gebruikt men niet hun programma. Om extreem-rechts te bestrijden moet men tegen hun ideeën ingaan, mét daden.
Om al deze redenen nodigen wij de Belgische Regering uit om de dialoog met de hongerstakers opnieuw op te starten en hun eisen te beschouwen met de ernst die ze verdienen.
Bij de ondertekenaars vermelden we onder andere: Noam Chomsky, de cineasten Ken Loach, Costa Gavras en de gebroeders Dardenne, ATTAC-boegbeeld Susan George, gewezen ministers Yanis Varoufakis (Griekenland) en Christiane Taubira (Frankrijk), de Zwitserse auteur en activist Jean Ziegler, academici als Etienne Balibar, Anne Morelli, Isabelle Stengers, de kunstenaars Ai Wei Wei, Peter Gabriel, Roger Waters, auteur Rachida Lamrabat en vele anderen.
Kan iemand mij het officieel standpunt van de Vakbonden Be en Internationaal mededelen in deze pijnlijke materie. Zoals ik lees zijn het werkneemsters en werknemers die jarenlang werden uitgebuit. Kunnen of willen de vakbonden niet opkomen voor deze mensen om hen een volwaardige menselijke plaats te geven in onze samenleving ?
De Belgische vakbonden vragen de regering een oplossing te vinden, zie bv. https://www.abvv.be/-/hongerstaking-mensen-zonder-papieren-moeten-er-eerst-doden-vallen- en https://www.hetacv.be/nieuws-algemene-pagina/2021/07/07/mensen-zonder-papieren-dringend-een-humanitaire-oplossing-nodig.
Sommige vakbondsmilitanten zetten zich persoonlijk in voor de strijd van de hongerstakers, je ziet bv. op verschillende foto’s vakbondsvlaggen aan de Begijnhofkerk. Het Brusselse CSC zet zich zeer actief in voor de rechten van de sans-papiers. Het Europees Vakverbond verklaarde zich solidair met de eisen van de Belgische bonden. (https://www.etuc.org/en/pressrelease/unions-back-work-permits-undocumented-migrant-hunger-strikers)
Men kan betreuren dat vakbonden hierover samen met wergevers oproepen lanceren, terwijl ze heel andere belangen verdedigen. De verwijzing naar de niet-ingevulde knelpuntberoepen klinkt ook wrang terwijl mensen hun leven op het spel zetten (wat voor degenen onder hen die geen knelpuntberoep kunnen invullen?). Maar al bij al zijn vakbonden heel wat moediger dan de meeste partijen, terwijl er ook binnen de vakbonden rechtse strekkingen zijn van leden die in de ‘vreemde’ een concurrent zien.
Bedankt Herman voor deze uitgebreide informatie.
Het zijn dieptreurige toestanden waaraan per omgaande een eind moet komen. De officiele instanties zijn doof en blind. Zij zitten heerlijk en overbetaald op het pluche en blijven dat doen. Het is om te janken want wat kan een gewoon mens voor de hongerstakers en anderen doen?, Alleen tekenen en demonstreren. Er is teveel fout in deze wereld. De pauper telt niet meer mee.