16 oktober 2011 – Langzaam maar zeker beginnen de Europese beleidsmakers tussen de lijnen toe te geven dat het probleem met de euro niet zit bij de overheidsfinanciĂ«n, maar bij de precaire toestand van de Europese banken. Die kunnen een waardedaling van hun overheidsobligaties niet slikken, omdat hun kapitaalsbasis te smal is, en zij opgescheept zitten met nog andere riskante beleggingen. Zo dreigt een ineenstorting van het financiĂ«le stelsel in Europa, en een fatale vlucht uit de euro.
Dus moet de kapitaalsbasis van de Europese banken worden versterkt. Maar hoeveel geld is daarvoor nodig? Niemand weet het echt, want de banken houden niet van pottekijkers. Volgens de stresstest in juli georganiseerd door de Europese toezichthouder op de banken zouden de 90 onderzochte grote Europese banken samen 2,5 miljard euro nodig hebben. Dexia had volgens deze test geen extra kapitaal nodig, en we weten wat er met deze bank is gebeurd. Het geraamde bedrag van 2,5 miljard euro is een schijntje, en niemand neemt deze stresstest serieus. De Europese toezichthouder zit na twee opeenvolgende stresstesten met een geloofwaardigheidsprobleem. Maar zo kennen we nog wel wat Europese instellingen.
Het IMF berekende hoeveel de Europese banken in het centrum nodig hebben om de financiĂ«le gevolgen op te vangen van een crisis in zes zwakkere “perifere” landen van de eurozone. Hierbij werd rekening gehouden met het waardeverlies van obligaties uitgegeven door de overheden maar ook door de private banken in die landen. Dat is logisch, want als bijvoorbeeld de Italiaanse overheid over de kop gaat, sleurt zij in haar val de Italiaanse banken mee, omdat die massaal geĂŻnvesteerd hebben in Italiaanse overheidsobligaties. Een Franse bank zal dan een waardeverlies moeten boeken op al haar Italiaanse tegoeden, publieke en private. Volgens het IMF moest er zo geredeneerd door de Europese banken in het centrum 200 miljard euro worden gevonden.
Reuters Breakingviews maakte nog een andere berekening: hoeveel hebben de hoger vermelde 90 banken nodig als zij hun overheidspapier afboeken tot de actuele marktwaarde, en als zij hun kapitaal willen optrekken tot 7% van hun portefeuille. Breakingviews komt tot een bedrag van 93 miljard euro. Wil je het kapitaal optrekken tot 9%, dan heb je 260 miljard euro nodig.
Dat lijken enorme bedragen, maar zelfs die 260 miljard euro is nog steeds maar 2% van het BNP van de betrokken landen.
Dat is weliswaar een gemiddelde, en in sommige landen zou de rekening harder aankomen.
Waarom is deze herkapitalisatie dan zo moeilijk? Daar zijn verscheidene redenen voor. Een aantal banken hebben het in de gegeven omstandigheden moeilijk om extra kapitaal te vinden, en zouden daarom een beroep moeten doen op de overheid: dat ligt gevoelig bij de publieke opinie, en de banken zelf willen liever niet dat de overheid een vinger in de pap krijgt.
Bovendien tast extra kapitaal de winstgevendheid van de banken aan. De banken hebben de afgelopen jaren juist volop het hefboomeffect laten spelen: met relatief weinig eigen kapitaal een uitgebreide financiële activiteit ontwikkelen, wat zorgt voor een hoge winstmarge van het eigen kapitaal. Wanneer er tegenvallers zijn, en het eigen kapitaal onvoldoende blijkt om die op te vangen, wordt de hulp van overheid ingeroepen om met overheidskapitaal of staatswaarborgen het schip drijvende te houden, tot de moeilijkheden voorbij zijn en het private kapitaal weer alleen schipper naast god kan spelen.
Een herkapitalisatie lijkt er nu hoe dan ook aan te komen, de vraag is enkel nog hoe. Waarschijnlijk zullen de banken eerst gevraagd worden zelf nieuw kapitaal op te halen. Lukt dat niet, dan moet de nationale overheid helpen. En voor de dan nog niet opgeloste situaties gaat men zoeken naar Europese oplossingen. (fs)