door Herman Michiel, 1 augustus 2016
Op vrijdag 29 juli maakte de Europese Bankautoriteit (European Banking Authority, EBA) de resultaten bekend van haar stresstests op 51 grote banken binnen de EU
Banken blijven zwaard van Damocles
De commentaren op het resultaat van deze stresstest hebben het meestal over een versterking van het weerstandsvermogen (‘resilience’) van de banken in vergelijking met de vorige test van 2014. De Europese bankenfederatie EBF stelt zelfzeker dat “de test aantoont dat de banksector in de EU in staat is een ernstige economische neergang het hoofd te bieden”, maar EBA-voorzitter Andrea Enria zelf ziet in het resultaat van zijn test “geen ondubbelzinnig gezondheidsbulletin”.
En inderdaad, een reeks banken bijft op het eind van de (gesimuleerde) rit nauwelijks boven water. Eén ervan is ondubbelzinnig bankroet: de oudste Italiaanse bank, Banca Monte dei Paschi die Siena (opgericht in 1472). Maar onder de sterke risicogevallen zitten er ook een aantal giganten, zoals Barclays (UK), Société Générale (Frankrijk) en vooral Deutsche Bank (DB), de grootste bank van de eurozone. Over DB deed Peter Mertens in februari al een stevig boekje open
Geen paniek: de Bankenunie staat ons bij (?)
Nieuw onheil in de Europese bankensector is dus geenszins uitgesloten. Maar zou dit nog hetzelfde rampzalig gevolg hebben als in het verleden voor de staatsfinanciën (en de belastingbetaler) van de EU-lidstaten? De EU heeft toch de Bankenunie opgericht die zulks moet voorkomen? Die Bankenunie houdt onder andere het toezicht in door de Europese Centrale Bank (ECB) op de grote banken; het is in dit kader dat de EBA de stresstest uitvoerde. Een tweede pijler van de Bankenunie is het gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme (‘Single Resolution Mechanism’, SRM). Dit zou er moeten voor zorgen dat het afwikkelen van een probleembank niet langer ten koste gaat van de openbare financien. De Europese leiders hebben in dit verband zelfs een deel van de volkse verontwaardiging over het gedrag van de banken in de mond genomen: wie financiële risico’s neemt en verliest moet er zelf voor opdraaien, niet de gewone burger, zo klinkt het kordaat (zie bv. het geruststellend beeldverhaaltje hieronder, geplukt van een website van de Nederlandse overheid). Voor het afwikkelen van een probleembank moeten dus eerst de aandeelhouders en de deposito’s boven de 100.000 € aangesproken worden. In het jargon spreekt men van een ‘bail-in’, als tegenhanger van de ‘bail-out’ waarbij overheden te hulp schieten. Bij een bail-in ondergaat een deel van de bankklanten een ‘haircut’, d.w.z. van hun tegoeden wordt een deel (typisch rond de 50%) ingepikt om de bank te redden.
Bail-in: zullen de rijken eindelijk de crisis betalen?
Is het opleggen van een ‘bail-in’ aan rijke beleggers dan geen stap in de goede richting? Zullen de bezoekers van het financiële casino hierdoor niet wat ingetoomd worden na een eerste ‘haircut’? Recente ervaringen leren dat de realiteit niet zo simpel is. In 2012 werd in Griekenland een haircut van ruim 50% toegepast als voorwaarde voor de toekenning van een Europese lening. Terwijl internationale beleggers vaak de bui zien aankomen en tijdig de dans ontspringen, was dat niet het geval voor Griekse sociale zekerheidskassen en pensioenfondsen, die op die manier miljarden lichter werden
Het ‘haircut-dilemma’ haalt momenteel de voorpagina’s in Italië. Eind vorig jaar werden vier kleinere banken gered, maar 130.000 klanten verloren daarbij hun investering. Een ervan hing zich op toen hij zijn pensioenspaarpot zag in rook opgaan. Intussen blijft de financiële hemel boven Italië asgrauw. Zoals reeds vermeld bengelde de Banca Monte dei Paschi di Siena helemaal achteraan de stresstestclassificatie. Een derde van zijn uitstaande leningen zijn ‘non-performing’ (worden met grote waarschijnlijkheid niet geheel terugbetaald). Dat gaat over 50 miljard €, maar de hele Italiaanse banksector heeft in totaal voor 360 miljard leningen van slechte kwaliteit, waarvan 200 miljard waarschijnlijk nooit zullen terugbetaald worden
Dit alles maakt dat het redden van banken door de Italiaanse overheid een hachelijke zaak zou worden, maar sinds 1 januari 2016 is dat door het in voege treden van het afwikkelingsmechanisme (SRM) van de Bankenunie bovendien verboden: eerst moeten de ‘aandeelhouders en crediteurs’ inleveren. Na de ophefmakende zelfmoord van de gedupeerde gepensioneerde, en wetend dat er honderdduizenden kleine spaarders zouden getroffen worden bij een bail-in, probeert de reeds weinig populaire regering Renzi dit scenario ten allen koste te vermijden. Te elfder ure (letterlijk, een uur voor het bekend worden van de resultaten van de stresstest) kon een handvol banken bereid gevonden worden om de oudste Italiaanse bank voor 5 miljard € te herkapitaliseren. Maar de Monte dei Paschi zal niet de laatste drenkeling zijn. De regering Renzi staat dan voor de keuze tussen pest en cholera. Ze kan de staatskist aanspreken – die evenwel een schuld van 132% van het BBP bevat – om nieuwe zelfmoorden (en de waarschijnlijke politieke zelfmoord van de regering zelf) te vermijden, ook al betekent dat een zwaar conflict met de EU, en vooral de die hards als Duitsland en Nederland die op de toepassing van de bail-in staan; Renzi kan zich daarbij proberen vast te klampen aan een recente uitspraak van het Europees Hof van Justitie dat een uitzondering voor de bail-in mogelijk maakt in het geval dit de financiële stabiliteit zou verstoren. Maar weinig Italianen zullen het appreciëren dat hun belastingsgeld voor het redden van banken wordt besteed. Blijft dan het cholera-alternatief: de Europese regels volgen, grote maar ook kleine beleggers en spaarders laten afdokken en hopen dat niet velen daarvan tot wanhoopsdaden gedreven worden; in het beste geval blijft het protest dan beperkt tot een zware verkiezingsafstraffing (Renzi organiseert in oktober een referendum over zijn voornemen de staatsarchitectuur te wijzigen).
De belastingsbetaler buiten schot?
Kon er dan niets voorzien worden in die Bankenunie zodat de echte schuldigen, de banken zelf, moeten opdraaien voor wat ze aanrichten? De promotoren van de Bankenunie zullen dit volmondig bevestigen, en een tweede luik van het beeldverhaal van de Nederlandse overheid (zie hieronder) doet dit uit de doeken: Voor uitzonderlijke gevallen waarin de bijdrage van de aandeelhouders en crediteuren uit stap 1 onvoldoende is, is er een noodfonds! Meer nog: het noodfonds wordt verplicht gespijsd door de banken zelf! Gevolg: de financiële gevolgen zijn voor degenen die risico’s nemen en daarvan profiteren: de financiële sector en de aandeelhouders van banken!!
Enig scepticisme is evenwel aangewezen. Dit noodfonds, dat moet instaan voor de hele eurozone (en eventuele EU-banken van niet-eurolanden die erbij aansluiten) zal 55 miljard € bedragen. Veel is dat niet: nog geen 0.2% van het BBP van de eurozone, terwijl de Europese Centrale Bank de overheidsuitgaven voor het redden van banken in de periode 2008-2013 op 5.1% van het BBP raamde
Bail-in, bail-out, the show goes on
De financiële crisis die vanaf 2008 inzette is in vele opzichten vergelijkbaar met die van de jaren ’30. Wat echter niet vergelijkbaar is, zijn de maatregelen van overheden om het kwaad te bezweren en herhaling te vermijden. Vooral de autoriteiten van de eurozone munten uit door een totaal gebrek aan initiatief om een dreigende catastrofe af te wenden. Meer dan zeven jaar na Lehman Brothers kwam de Bankenunie tot stand, vijftien jaar erna zal er een ‘reddingsfonds’ zijn van belachelijke omvang. De berg zal een muis gebaard hebben, al is het niet zeker dat de berg dan nog bestaat. Maatregelen lijken op maat van bankiers geschreven te zijn, en zijn dat ook. Manuel Barroso is luttele maanden na zijn commissievoorzitterschap al executive chairman of Goldman Sachs International, Neelie Kroes adviseert Bank of America Merrill Lynch en haar ex-collega in de Europese Commissie Karel de Gucht doet hetzelfde voor CVC Partners. Goldman Sachs is ook de stal waar ECB voorzitter Draghi uit voortkomt, en tal van andere EU-coryfeeën. De mest van een dergelijke stal is natuurlijk een prima voedingsbodem voor een stresstest van de banken zonder geslaagden of gezakten, een test waarover de voorzitter van de Europese bankenfederatie EBF zijn voldoening uitsprak, want “banken zullen kunnen blijven dividend uitbetalen aan investeerders”.