Gisteren 20 februari had de Eurogroep (ministers van financiën van de eurozone) het in Brussel weer over Griekenland.  Zoals steeds was de vraag: doet het land voldoende inspanningen om het een nieuwe schijf van de lening van het ‘derde Memorandum’ uit te betalen? In juli  moeten 6 miljard euro klaar liggen voor de geldschieters (vooral de Europese Centrale Bank en private investeerders). En zoals steeds wordt van de naderende vervaldatum gebruik gemaakt om nog wat meer uit de uitgeperste citroen te persen. Succes: gisteren beloofde Athene een bijkomende besparing van 3.6 miljard euro. Weliswaar deed het land voldoende ‘inspanningen’ om het beloofde primair begrotingsoverschot te halen (dat voor de financiers bestemd is) maar men is niet overtuigd dat dit overschot ‘duurzaam’ genoeg is. Men wil immers dat er vanaf 2018 jaar in jaar uit een begrotingsoverschot van 3.50% van het BBP  is.

Volgens de Nederlandse minister van financiën (PvdA) Jeroen Dijsselbloem, voorzitter van de Eurogroep, sturen de kredietverleners nu niet meer aan op meer soberheidsbeleid (‘austerity’) maar op ‘diepe hervormingen’. Alleen Dijsselbloem zal weten wat het onderscheid is, want hij denkt daarbij aan ingrepen in de belastingen, het pensioensysteem, de arbeidsmarkt, de collectieve loononderhandelingen…

In december werd Dijsselbloem  op het matje geroepen door zijn Europese sociaaldemocratische vrienden wegens de ‘schandelijke  behandeling van Griekenland’. Die vrienden zullen blijkbaar harder moeten roepen, of een harder matje moeten nemen. (hm)