Komende evenementen

Een repliek op de Oproep tot kwijtschelding van de overheidsschuld door de ECB

1 maart 2021

We publiceerden onlangs een oproep voor kwijtschelding van staatsschulden door de Europese Centrale Bank. De oproep ging uit van een reeks linkse economen, academici, politici en verantwoordelijken uit sociale bewegingen. Op 27 februari verscheen een alternatieve oproep in Le Monde 1, geschreven door 7 Franse economen en internationaal ondertekend door een tachtigtal linkse academici, waarin ze hun meningsverschil met de eerdere oproep proberen uit te leggen. Onder de bekendere ondertekenaars vermelden we Michel Aglietta, Jacques Généreux, Adam Tooze en Michel Husson (één van de auteurs). Het leek nuttig ook deze oproep breder kenbaar te maken, als bijdrage tot het belangrijk debat over geld en schuld.

Van de oproep verscheen ook een Engelstalige versie, Cancelling a debt we already own is a lure, die soms wat afwijkt van de Franse.

Het einde van de gezondheidscrisis is nog niet in zicht, maar het bezuinigingsmuziekje begint al wel door te klinken. Niettegenstaande de begrotingsorthodoxie sprongen overheden de economie bij omwille van de sanitaire toestand, maar nu luidt het hier en daar al dat nieuw aangegane schuld moet worden terugbetaald door te snijden in pensioenen en openbare diensten, en door de belastingen voor de meeste mensen te verhogen. Niets zou dodelijker zijn. De verslechtering van de sociale situatie, de wederopbouw van onze openbare diensten en de dringende noodzaak van een ecologische transitie vereisen dat er onverwijld een grootscheeps plan voor overheidsinvesteringen wordt gelanceerd. Meer in het algemeen moeten de staten een ambitieus antwoord bieden aan de sociale, ecologische en gezondheidsnoden, en daarvoor zijn middelen nodig.

In deze context stellen sommige van onze collega’s, met wie wij ook veel gemeen hebben, de volgende oplossing voor: de Europese Centrale Bank (ECB) zou de schuld moeten kwijtschelden gekoppeld aan het overheidspapier dat zij bezit. Volgens hen zou dit ons in staat stellen opnieuw budgettaire manoeuvreerruimte te krijgen, en dit zonder iemand te benadelen. Dit standpunt heeft bijgedragen tot het debat over economie en monetaire politiek, maar wij delen hun analyse niet.

Dit voorstel komt neer op het fetisjiseren van de schuld/BBP-ratio terwijl de kredietwaardigheid van de meeste landen van de eurozone niet onder druk staat. Het ontneemt zelfs de idee van schuldkwijtschelding zijn subversieve kracht. Het geeft ook geen nieuwe manoeuvreerruimte, wel integendeel. Achter de technische illusie is haar radicalisme slechts een façade: een boekhoudkundige truc alleen kan het machtsevenwicht binnen de eurozone of tussen de lidstaten en de kapitaalmarkten niet veranderen. Waarom zou men dan zoveel politieke energie besteden aan de verdediging van een voorstel dat de aandacht afleidt van wat werkelijk telt in de huidige periode?

De term “annulering door de ECB” spreekt tot de verbeelding, maar stemt niet overeen met de werkelijkheid. Deze schuld wordt niet rechtstreeks door de ECB aangehouden, maar via het Eurosysteem door de nationale centrale banken. Dit zou bijvoorbeeld betekenen dat de Banque de France zou afzien van haar vordering op de Franse Staat. Het kapitaal van de Banque de France is echter volledig in handen van de Franse Staat: het zou dus gaan om het kwijtschelden van een schuld die wij aan onszelf hebben. Hoe kunnen wij geloven dat een dergelijke operatie een reëel, positief en duurzaam effect op de overheidsfinanciën kan hebben?

De overheid, die een onbeperkte levensduur heeft, “rolt haar schuld om”: zij leent opnieuw om vervallende effecten terug te betalen. Het centrale vraagstuk is dus dat van de herfinanciering, d.w.z. de voorwaarden voor nieuwe leningen, en met name de rentevoeten, die om institutionele, economische en politieke redenen kunnen variëren. De rente op de Franse overheidsschuld is echter negatief voor looptijden van leningen van minder dan 20 jaar en bijna nul voor looptijden daarboven.

De hoogte van de staatsschuld is op zichzelf nooit een probleem voor een geavanceerde economie als Frankrijk. Empirische studies hebben geen kritische schulddrempel aan het licht gebracht. Onder deze omstandigheden heeft het geen zin de schuld kwijt te schelden om terug te keren naar een zogenaamd duurzaam niveau.

Bovendien heeft een schuld rond de 60% van het BBP, dicht bij de Maastrichtnorm dus,  in de jaren 2000 de voorstanders van bezuinigingen er nooit van weerhouden hun destructief beleid te voeren, waarvan de gezondheidscrisis een van de gevolgen is. Ook al is gebleken dat bezuinigingen niet doeltreffend zijn, toch is bezuinigen een economisch beleid op zich. Het is niet gesteund op feiten, maar op ideologische keuzes.

Om de chantage van de overheidsschuld te neutraliseren zoals we die kennen in de eurozone, moet worden afgestapt van de logica van overheidsfinanciering door de markten. Het voorstel om de schuld in handen van het Eurosysteem kwijt te schelden doet echter precies het tegenovergestelde: het bestaat erin de schuld die buiten de markt om wordt aangehouden kwijt te schelden en vervolgens te vervangen door nieuwe schuld, weliswaar “groen”, maar aangegaan op de financiële markten. Dit zou alleen maar kunnen bijdragen tot een versterking van de reeds te centrale rol van de financiële markten.

Een ander argument dat door de voorstanders van deze annulering naar voren wordt gebracht, is dat het zeker geen wondermiddel zou zijn, maar de verdienste zou hebben dat het politiek gemakkelijk uitvoerbaar zou zijn zonder “iemand te kwetsen”. De gok is dat de private schuldeisers geen bezwaar zouden hebben tegen deze vermindering van de schulden van de openbare schuldeiser, alsof openbare en private kredietverleners geheel afgescheiden groepen zouden vormen. De geschiedenis van de herschikking van de overheidsschuld en, meer recent, het geval van de Griekse crisis tonen aan hoezeer de belangen en overtuigingen van de technocratie en de financiële wereld met elkaar verweven zijn.

Uiteindelijk zou de vermeende frisse wind van een annulering zeer snel teniet worden gedaan door de risicopremie die de markten zouden aanrekenen bij het toekennen van staatsleningen. Voor een voorstel met twijfelachtig nut is dit risico erbij nemen niet lonend.

Er bestaan echter andere oplossingen om een stabiele duurzame financiering en onze economische soevereiniteit te waarborgen. Daartoe moet er budgettaire manoeuvreerruimte gecreëerd worden door belasting te heffen op vermogende particulieren en multinationals, die hun belastingen de afgelopen 40 jaar hebben zien dalen, of door belasting te heffen op de buitengewone winsten die bepaalde activiteiten in de pandemieperiode maken. Er zouden serieuze politieke inspanningen moeten geleverd worden om een echte coördinatie tot stand te brengen tussen het begrotingsbeleid en het monetair beleid. De begrotingsregels die overheidsinvesteringen in de weg staan moeten afgeschaft worden, zodat we de sociale en klimaatuitdagingen kunnen aanpakken. De ECB moet verdragsrechtelijk de rol van koper in laatste instantie van staatsschuldpapier krijgen; zulk papier moet omgezet worden in een zogenaamd eeuwigdurende schuld met lage rentevoet. De financiële sector moet ernstig gereguleerd worden, met de mogelijke oprichting van een openbare banksector. Nationale thesaurieën  zouden voorschotten moeten kunnen krijgen van de ECB (overdraft facility) en er zou een Europees “thesauriecircuit” van de 21e eeuw moeten komen, naar het voorbeeld van het vroegere Franse circuit du Trésor 2 reeds bestaande circuit in Frankrijk, waarbij  moeten komen name aan de banken een bodem wordt opgelegd voor het aanhouden van overheidseffecten en, waarom niet, de invoering van een rekening-courantkrediet voor de nationale thesaurieën bij de centrale bank (of zelfs een eventuele Europese thesaurie).

Ongetwijfeld zullen deze voorstellen op hevig verzet stuiten van de verdedigers van de status quo, maar zij bevatten tenminste een reëel emancipatorisch potentieel.

 


 

Voetnoten

  1. Le Monde, 27 februari 2021, « D’autres solutions que l’annulation de la dette existent pour garantir un financement stable et pérenne »
  2. Na de Tweede Wereldoorlog en tot in de jaren 1970 bestond in Frankrijk de wettelijke mogelijkheid, circuit du Trésor genoemd,  dat banken aan de overheid moesten lenen tegen opgelegde voorwaarden. Zie Eric Toussaint, The Challenges for the European Left regarding Debt and the Banks. [Noot van de vertaler]

 

Een reactie op “Een repliek op de Oproep tot kwijtschelding van de overheidsschuld door de ECB”

  1. Ah! schuld het wapen bij uitstek van de kapitalisten nu het begrip schuld en haar kwijtschelding is een eeuwenoud fenomeen David Graeber schreef er een lijvig boek over ” Schuld de eerste 5000jaar “. Vandaag is het zo verweven met Europa dat de technocraten handig kunnen manoeuvreren op de binnenlijnen ttz ze nemen Staat per staat aan bv Eerst Italië vervolgens Spanje, dan Portugal vervolgens België enz en het volk bukt zich nederig ! Voilà dat is mijn toekomstvisie het is heel het Europese volk dat in opstand moet komen zoniet zijn we een vis voor de kat !

Laat een reactie achter

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *