door Herman Michiel
5 november 2024
Gisteren hadden de eerste vier hoorzittingen van kandidaat-commissarissen plaats. Dit wordt vaak voorgesteld als een test door het Europees parlement van de bekwaamheid van de kandidaat voor een bepaalde bevoegdheid in de Europese Commissie. Maar naar de voorafgaande schriftelijke ondervragingen te oordelen wordt er vooral gepeild naar de mate waarin de kandidaat zich voegt naar de rol die Commissievoorzitter Ursula von der Leyen heeft voorgeschreven. Dat bleek bijvoorbeeld uit de antwoorden van Teresa Ribera, de Spaanse sociaaldemocrate die de belangrijke portefeuille toegewezen kreeg voor een âconcurrentiĂ«le transitieâ. Als minister onder Pedro SĂĄnchez toonde ze zich weerhoudend over de Europese plannen om zware tarieven op te leggen bij de invoer van Chinese elektrische wagens. âWe moeten vermijden dat het tot een handelsoorlog komt, met China of met anderenâ luidde het toen nog. Maar in haar schriftelijke antwoorden bleken invoertarieven tot 35% op Chinese elektrische wagens âgesteund te zijn op stevige feitenâ en in lijn met de regels van de Wereldhandelsorganisatie. Alleen doden en dwazen veranderen nooit van gedacht zeker?
Een tweede overweging: het is de mainstream Europese politieke partijen niet te doen om een behoorlijke ploeg op de been te brengen, maar om hun eigen kandidaten benoemd te zien. Als de Europese Volkspartij het aandurft om een sociaaldemocratische of liberale kandidaat in het nauw te drijven, dan kan ze een gelijkaardige aanval verwachten op haar eigen kandidaten. De âstrategieâ kan er dan in bestaan dat geen enkele partij het de kandidaten van anderen moeilijk maakt. Het is in dit verband goed om weten dat meer dan de helft (15/27) van de kandidaat-commissarissen tot de christendemocratische groep van de Europese Volkspartij behoren, al bezet deze maar een kwart van de zetels in het Europees parlement. De sociaaldemocraten (S&D)Â hebben vijf commissarissen in de running, de liberalen (Renew) ook vijf, de Conservatieven (ECR) Ă©Ă©n (Fitto) en de Europese Patriotten ook Ă©Ă©n (nl VĂĄrhelyi). De samenstelling van de Europese commissie beantwoordt dus niet aan de resultaten van de Europese verkiezingen, maar is het lukrake resultaat van de krachtsverhoudingen binnen nationale regeringen die de kandidaat-commissaris naar voren schuiven.
Er wordt wel algemeen verwacht dat kandidaat Raffaele Fitto van de uiterst rechtse Italiaanse regering Meloni sterke tegenkanting krijgt van sociaaldemocraten, Groenen en linksen. Als een geste van von der Leyen naar de al bij al inschikkelijke Meloni kreeg Fitto, behorend tot de zwaar rechtse partij van de Europese Conservatieven, Ă©Ă©n van de zes vice-commissievoorzitersplaatsen. Ook de huidige commissaris VĂĄrhelyi, opnieuw Orbans kandidaat, dus gelieerd met de uiterst rechtse Patriotten voor Europa, kan het moeilijk krijgen, maar of het om de goede redenen is, is een andere vraag. Of zijn karakterisatie van Europarlementsleden als âidiotenâ een rol zal spelen laten we in het midden. Maar zal hij aan de tand gevoeld worden voor zijn anti-Palestijnse manoeuvres, zoals het inhouden van Europese subsidies omwille van âantisemitische Palestijnse schoolboekenâ? Zal men hem verwijten geen enkele ervaring te hebben met gezondheidspolitiek, de materie waarvoor hij zou benoemd worden, terwijl zoveel andere commissarissen in spe ook geen enkele ervaring hebben op het gebied van de hen toegewezen portefeuille? Zal men hem vragen wat hij als gezondheidscommissaris meent te doen met lidstaten zoals BelgiĂ« die vluchtelingen op straat laten slapen? Het Europese âextreme centrumâ is niet al te best geplaatst om zich te verontwaardigen over anti-humanitaire standpunten van extreemrechts⊠Toch is het niet uitgesloten dat VĂĄrhelyi opnieuw commissaris wordt, en wel om â opnieuw â partijpolitieke redenen. Want als hij teruggefloten wordt, moet Orban een nieuwe kandidaat naar voren schuiven. Hij kan daar bijvoorbeeld een hele tijd mee wachten, zodat von der Leyen niet van start kan gaan op 1 december, een zoete wraak van Boedapest op Brussel in dat geval.
Een belangrijke factor in het verloop van de hoorzittingen is de manier waarop de parlementaire commissie (of commissies als meerdere betrokken zijn bij een bepaalde bevoegdheid) de hoorzitting heeft voorbereid. De politieke affiliatie van de voorzitter van de commissie kan daarbij van groot belang zijn. Zelfs de timing van de verschillende hoorzittingen is de inzet van politiek getouwtrek. Er zijn altijd twee hoorzittingen gelijktijdig, waardoor het onmogelijk kan zijn dat een bepaalde commissie aanwezig is in een bepaalde hoorzitting. Het is ook de parlementaire commissievoorzitter die samen met de voorzitters van de verschillende politieke fracties na de hoorzitting beslist of een kandidaat-commissaris âgeslaagdâ is.
Wat bij de beoordeling van kandidaat-commissarissen ook aan bod komt, en terecht, zijn de mogelijke belangenconflicten en financiĂ«le belangen. Dit wordt voorafgaand aan de eigenlijke schriftelijke en mondelinge ondervragingen onderzocht door de parlementaire commissie JURI bevoegd voor juridische zaken. Toch zijn er heel wat vraagtekens te plaatsen bij de manier waarop dit onderzocht wordt. Drie linkse EuroparlementariĂ«rs deden daarover een interessant boekje open. De JURI-commissie moet haar onderzoek baseren op de verklaringen van de kandidaat-commissarissen zelf, en wat zijzelf als een mogelijk belangenconflict zien. De vraag wordt niet eens gesteld of ze al veroordeeld werden voor corruptie. De commissie krijgt de verklaringen slechts drie dagen voor de zitting in handen, wat nauwkeurig onderzoek haast onmogelijk maakt. De ondervraging gebeurt achter gesloten deuren en duurt maximaal 15 minuten. Politico weet ook te melden dat de kandidaat-commissaris alleen âinvesteringenâ boven 10.000 ⏠moet aangeven, vastgoed en bankrekeningen voor persoonlijk gebruik moeten niet gemeld worden. De Griekse commissaris in spe Tzitzikostas maakte daar dankbaar gebruik van. Hij is eigenaar van een uitgebreid vastgoedbezit, gronden, zes winkels, een paar garages en opslagplaatsen, wat toch een en ander moet opbrengen. Maar volgens de toekomstige commissaris voor toerisme en transport staan de opbrengsten op een persoonlijke bankrekening⊠JURI mag ook niet beslissen of er een belangenconflict kan zijn wanneer bv. de kandidaat jarenlang voor een multinationaal of lobbybedrijf heeft gewerkt; ze mag alleen naar de puur financiĂ«le belangen kijken. Tot geruststelling van de kandidaten geraakten ze alle 26 door deze voorafgaande test. (Bemerk dat de Commissievoorzitter, in dit geval Ursula von der Leyen, helemaal buiten deze procedure valt. Het zou anders een goede gelegenheid geweest zijn om haar te âgrillenâ over haar relaties met PfizerâŠ)
We wachten dus rustig het eind van de hoorzittingen af, en zien dan wel met welke schare getrouwen von der Leyen haar tweede termijn van vijf jaar zal doorbrengen.
Thanks Herman, knap werk met belangstteling gelezen. In mijn niet kenners ogen heel begrijpbaar geschreven.