Komende evenementen

Ontevreden fossielen… Vakbonden weest waakzaam!

door Daniel Tanuro (*), 7 november 2013

Het is in de pers geraakt (1): De toplui van een tiental Europese bedrijven uit de energiesector eisen de stopzetting van de subsidies… voor hernieuwbare energiebronnen. Begin oktober gaven ze hierover een persconferentie.

Het Franse GDF-Suez, het Duitse EON en RWE, het Spaanse Gas Natural Fenosa en Iberdrola, het Italiaanse ENI en Enel, het Nederlandse Gas Terra en het Zweedse Vattenfallt zijn samen goed voor ongeveer de helft van de energiecapaciteit in de Europese Unie. In hun naam verklaarde Gérard Mestrallet, CEO van GDF-Suez: « We moeten het ritme verlagen waarmee Europa windmolenparken en zonnepanelen installeert. Dat is niet houdbaar.»

“Minder hernieuwbare energie graag!”

Mestrallet

Dhr. Mestrallet en zijn vrienden zwijgen zedig over het feit dat in de realiteit energie uit fossiele brandstoffen en kernenergie veel meer gesubsidieerd worden dan hernieuwbare energiebronnen. Volgens de Europese Commissie kregen hernieuwbare energiebronnen in 2011 30 miljard euro aan subsidies, die op basis van fossiele brandstoffen 26 miljard en kernenergie 35 miljard. Wat de fossiele brandstoffen betreft, dienen hier nog «externe» kosten bij in rekening te worden gebracht, die door de gemeenschap worden gedragen (zoals gezondheidskosten ten gevolge van de vervuiling), kostenplaatje: 40 miljard euro. Dat brengt het totaal subsidiepakket voor steenkool, petroleum en aardgas dus op 66 miljard (2).

De grote spelers van de sector van de fossiele brandstoffen klagen aan dat Europa «geen duidelijke, voorzienbare en objectieve energiepolitiek heeft, gebaseerd op een stabiele reglementering». Volgens Gérard Mestrallet leidt de Europese energiepolitiek “recht naar de afgrond», want de energievoorziening is niet meer gegarandeerd, de CO2-uitstoot neemt toe, de factuur wordt hoger. De patroon van GDF-Suez pleit dan ook voor een «radicale wijziging van de Europese energiepolitiek».

Deze argumentatie houdt geen steek: 1) Hoe kan de energievoorziening in gevaar zijn wanneer er overcapaciteit is? 2) Hoe kan een verminderd stroomaanbod de prijs voor de consumenten doen dalen? 3) Hoe kan een langzamere ontplooiing van vernieuwbare energie de uitstoot van broeikasgassen verminderen?

Waarover klagen ze?

In tegenstelling tot wat de bedrijfsleidingen van de energiesector beweren, heeft Europa wel degelijk een «duidelijke en voorzienbare» energiepolitiek. Samengevat in het «pakket energie-klimaat» bevat die tegen 2020 volgende doelstellingen: 20% vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, 20% verhoging van de energetische efficiëntie en 20% hernieuwbare bronnen in het energieaanbod (waarvan 10% biobrandstof in het transport).

Het «pakket energie-klimaat» heeft niet als eerste bedoeling een klimaatcatastrofe te vermijden, maar wel de Europese industrie te helpen een leiderschapspositie te veroveren op de markt van de groene technologieën. Het achterliggende idee is het volgende: De voorraden aan fossiele brandstoffen raken uitgeput, de toekomst is dus aan hernieuwbare energiebronnen (en kernenergie!), als Europa op dit terrein haar superioriteit kan bewijzen, heeft het een machtspositie tegenover zijn concurrenten…

Vanuit een ecosocialistisch standpunt moeten we deze politiek bekampen. Inderdaad, deze aanpak is zowel sociaal onrechtvaardig – cadeaus aan de bedrijven, de speculanten en de rijken, prijsverhogingen voor elektriciteit, groene certificaten (of gelijkaardige systemen) betaald door de gemeenschap, prijsverhogingen voor landbouwproducten, en – ecologisch inefficiënt en zelfs schadelijk – koolstofemissie tengevolge van de aankoop van emissierechten in het kader van het Clean Development Mechanism (3), zeer ondermaatse doelstellingen op het vlak van het terugdringen van de uitstoot (niet 20%, maar 30% en beter nog 40% reductie tegen 2020), versnelde ontbossing in het Zuiden ten gevolge van de voor uitvoer bestemde biodiesel, enz.

Het minste dat men kan zeggen, is dat de grote spelers op de energiemarkt dik geprofiteerd hebben van de klimaatpolitiek van de EU. Ze kregen in de eerste plaats een hoeveelheid uitstootrechten cadeau die stevig boven hun effectieve uitstoot lag, zodat ze de overschotten konden verkopen op de koolstofmarkt. Bovendien rekenden ze de prijs van deze rechten ook nog eens door aan de consumenten, terwijl die rechten hen niets gekost hadden!

Een nieuwe situatie

Waarom verzetten GDF, ENI, EON en de anderen zich vandaag dan tegen de Europese politiek, en gaan ze zelfs zover er publiek tegen te protesteren? Omdat de kaarten intussen anders liggen. Zeker, de energiestrategie van de EU blijft valabel op lange termijn, de fossiele brandstoffen zijn immers inderdaad uitputbaar. Maar op korte termijn heeft het Amerikaanse kapitalisme de toestand in haar voordeel omgebogen.

Dankzij de ongebreidelde ontginning van schaliegas (fracking), dankzij uit Canada geïmporteerd teergas, dankzij nieuwe technologieën van petroleumontginning en van ethanolproductie uit maïs, hebben de VS terug een machtspositie verworven op het vlak van energiewinning. Hun afhankelijkheid van uit het Midden-Oosten geïmporteerde petroleum is radicaal afgenomen. De VS zijn in 2010 de eerste gasproducent ter wereld geworden, vóór Rusland. De VS zou tegen 2030 zelfs de grootste petroleumproducent ter wereld kunnen worden, groter dan Saoedi-Arabië!

Volgens het Internationaal Energie Agentschap zou de gasfactuur van de Amerikaanse bedrijven, bij gelijkblijvend verbruik, slechts een derde van die van hun Europese concurrenten bedragen. Hun elektriciteitsfactuur zou twee keer zo laag zijn als die van Frankrijk of Groot-Brittanië en drie keer in vergelijking met Japan (4).groen kapitalisme

Er kunnen zeker vragen gesteld worden bij deze cijfers: volgens een analyse van Reporterre bedraagt de daling van de gasprijs in werkelijkheid slechtsongeveer 30%, zelfs niet genoeg om de prijsstijging van steenkool te compenseren. «In het beste geval liet de exploitatie van niet-conventionele gassen toe de globale stijging van de energieprijs te beperken» (5), besluit Reporterre.

Het concurrentieel voordeel, in het bijzonder voor bepaalde industriële sectoren (chemie, petrochemie en metallurgie) is nochtans behoorlijk. Dat is de reden waarom het Europees patronaat pleit voor het afschaffen van alle beperkingen die de EU oplegt op het exploiteren van schaliegas. Vooral de Europese Raad van de Chemische Industrie (CEFIC)  is erg actief rond deze kwestie (6). GDF-Suez investeert vandaag al in de prospectie naar schaliegas in Groot-Brittannië, en heeft ook haar oog al laten vallen op Polen en Duitsland. (7)

De publieke opinie wordt gemanipuleerd

Waarom geven deze grote patroons een persconferentie, als ze royaal toegang hebben tot de Commissie en de Europese regeringen? Omdat ze in een concurrentiestrijd verwikkeld zitten met de kapitalisten uit de «groene» sectoren. Dat is de context waarin de «fossiele baronnen» de krachtsverhoudingen in hun voordeel willen ombuigen door de publieke opinie te manipuleren. Ze doen dat met twee beloften: een daling van de prijzen en de creatie van nieuwe jobs. Allebei holle beloftes.

Wat de gasprijzen betreft moet men weten dat de prijsdaling ervan in de VS enkel de bedrijven ten goede kwam. De particuliere consumenten betalen nog steeds evenveel, en worden nog bovendien opgescheept met alle nadelige gevolgen op het vlak van verontreiniging van het water en de lucht en de aantasting van het landschap.

De «fossiele baronnen» proberen de vakbonden mee te krijgen in hun project. Verwijzend naar het heropleven van de tewerkstelling aan de andere kant van de Oceaan (ten gevolge van het heraantrekken van de economie),klagen ze: «Bij gebrek aan een  goede Europese  energiepolitiek kan de Europese industrie haar potentieel aan groei en banen niet realiseren»…

En de vakbonden?

Trappen de vakbonden in deze val? Het valt helaas niet uit te sluiten. Waar de Poolse vakbonden zich verzetten tegen schaliegas (om ambiguë redenen), hebben de Franse vakbonden CFDT, CFTC en CFE-CGC een gezamenlijke positie ingenomen met de patroonsorganisatie MEDEF (tegenhanger van het VBO in België, VNO-NCW in Nederland) waarbij ze stellen dat nadenken over de energiepolitiek «schaliegas niet zou mogen uitsluiten» (8)…

Een echte overstap op hernieuwbare energiebronnen zou oneindig méér banen creëren dan de kapitalistische relance die eventueel (en het is verre van zeker!) zou kunnen voortkomen uit de nieuwe energiepolitiek zoals hij geëist wordt door de tenoren van het «fossiel-industrieel complex». Maar een waarachtige transitie naar een nieuw energiesysteem veronderstelt een plan dat een reeks antikapitalistische structuurhervormingen omvat: onteigening van de energiesector en de financiële sector, afschaffen van overbodige en schadelijke producten met reconversie van de loontrekkenden uit zulke sectoren, een openbaar plan van isolatie van woningen, een organische landbouw gesteund op de boeren zelf in plaats van de huidige agrobusiness, ontwikkeling van het openbaar vervoer, een radicale arbeidsduurvermindering zonder loonverlies, enz.

Echter, ondank al hun geloofsbelijdenissen ten voordele van duurzame ontwikkeling en een «rechtvaardige transitie», aanvaarden de vakbondsleidingen, zowat overal in Europa, in de praktijk om over de energiepolitiek te praten binnen het kader van het debat over de verbetering van de competitiviteit van de economie… Om het klaar en duidelijk te zeggen: op deze weg voortgaan, komt er op neer dat de vakbondsleidingen zich medeplichtig maken aan het kapitalistisch systeem, op het moment dat dit de planeet met een klimaatcrisis van zeer grote omvang bedreigt, met verschrikkelijke sociale gevolgen.


(*) Het oorspronkelijk artikel verscheen onder de titel Fossiles pas contents… Syndicats attention! op de website van LCR-La Gauche. In het Nederlands vertaald door Thomas Weyts voor SAP-Rood. Daniel Tanuro is lid van de Belgische Ligue Communiste Révolutionnaire (LCR) en een bekend pleitbezorger van het ecosocialisme. In 2010 publiceerde hij bij La Découverte zijn essay L’impossible capitalisme vert.

1) La Libre Belgique, 11 oktober 2013
2) Inter Environnement Wallonie wijst er op dat deze cijfers oorspronkelijk te vinden waren in een rapport van de Europese Commissie en in de gepubliceerde versie verdwenen waren. http://www.iewonline.be/spip.php?article6015
3) Het “Clean Development Mechanism”, “CDM” of  “mechanisme voor schone ontwikkeling” is een van de instrumenten die werden ingevoerd met het protocol van Kyoto. De “schone investeringen“ in het Zuiden geven recht op koolstofkredieten die kunnen worden uitgewisseld op en equivalent zijn aan uitstootrechten op de Europese markt. Er wordt geschat dat meer dan de helft van deze kredieten niet overeenkomen met echte verminderingen van de uitstoot.

4) Le Monde, 16 mei 2013
5) http://www.reporterre.net/spip.php?article4549
6) http://www.allize-plasturgie.org/article/economie/news-economiques/le-cefic-encourage-leurope-a-extraire-le-gaz-de-schiste
7) L’Echo, 22/10/2013

8) Le Monde, 29 mei 2013

 

 

Reacties plaatsen niet mogelijk